In de uitgestrekte Atlantische Oceaan tussen Schotland en IJsland doemen 18 eilanden op. Uit het niets. Een machtige verzameling rotsformaties tussen een klotsende oceaan. Het weer is er net zo ruig als de oceaan zelf. Verder is er vooral leegte, eindeloze leegte. Een plek waar je echt even van de wereld bent: de Faeröer.
Monniken en Vikingen kwamen hier ooit als eersten aan land. Wie van hen het eerst waren, zullen we nooit te weten komen. De eerste groep kwam er voor de rust en bezinning, de Vikingen kwamen vooral in hun zoektocht naar nieuwe horizonten om een nieuw bestaan op te bouwen, zo’n eeuw of 12 geleden. De sporen van deze pioniers zijn nog op diverse plaatsen te vinden.
Meer schapen dan mensen
De eilanden van de Faeröer zijn vooral leeg: het aantal mensen dat er woont is kleiner dan het aantal schapen dat er tussen de rotsen rondscharrelt: een krappe 50.000 inwoners verdeeld over 18 eilanden. Eigenlijk minder want een aantal eilanden is onbewoond. Veel wegen zijn er niet want het leven speelde zich vooral op het water en aan de kust af.
Op de wegen die er zijn rijdt – behalve rond de hoofdstad Tórshavn – af en toe een auto. Autorijden is hier nog een feest op je ontdekkingsreis tussen de kleine kustplaatsjes. Het is vooral leuk om wat verschillende eilanden te bezoeken en dan te rijden naar de noordkant van zo’n eiland, waar de oceaan beukt op de rotsen. Die hoge rotswanden zijn ook het domein van de vogels. Jan van Genten, drieteenmeeuwen en papegaaiduikers komen hier jaarlijks hun nesten bouwen. Prachtig om de vogelverzameling van nabij te zien.
Eiland hoppen
Voor sommige eilanden geldt dat je gemakkelijk van het ene naar het andere kunt komen. Sommige zijn verbonden met bruggen, een andere met een dam en weer andere door oceaantunnels. Voor andere eilanden heb je een boot nodig. Steeds weer spannend om een nieuw eiland te bezoeken. Ondanks de grote overeenkomsten tussen de eilanden zijn er ook de verschillen.
Het zuidelijke eiland Suðeroy is het meest oorspronkelijk gebleven. Logisch, het ligt ook het verst weg van de hoofdstad, waar overigens iedereen wel samenkomt. Op de nationale feestdag eind juli ontvolken de eilanden even en is Faeröer verzameld op één plek. Overigens is het een vriendelijk volk, zeer coöperatief en trots op hun land en hun geschiedenis. Wat ze graag doen is roeien. De roeiboten gaan eind juli van eiland naar eiland om mee te doen aan dé wedstrijden van het jaar in de hoofdstad. Prachtig om de heftige strijd op het water te zien, want reken maar dat ze fanatiek zijn.
Frisser kan het niet
Door de nabijheid van de oceaan is het op de eilanden lekker fris. Terwijl heel Europa gebukt ging onder een hittegolf waar maar geen einde aan kwam, was het op de eilanden heerlijk fris. Lekker windje, wel zon af een toe een buitje en heerlijk koel. Je wordt er vanzelf actief van. Het weer is trouwens zeer wisselend, zodat je in een paar dagen van alles mee kunt maken. De eilandbewoners zijn het gewend, die Vikingen midden in de oceaan. Weer en wind zijn ze buiten, want daar is genoeg te doen. Met de schapen bijvoorbeeld. Er zijn veel schapenhouders, maar ook hebben veel mensen hun eigen stukje grond met gras, soms een paar schapen of wat ganzen en eenden.
Alle eilanden zijn behalve hun rotsachtige bodem voor een zeer groot deel begroeid met gras en mossen. Veel meer groeit er niet. Bomen zijn voornamelijk in de plaatsen te vinden waar mensen wonen. Echte bossen zijn er niet, maar gras des te meer. Overal, ook op veel daken van de huizen. In de loop van de zomer is het hooitijd. Waar wij met grote machines het land in korte tijd kaal scheren, doen de Faeröerders dat met simpele maaimachines of een zeis. Alles relaxt, geen gestress. Dat is wat een bezoek aan deze eilanden zo bijzonder maakt.
Terug in de tijd
De meeste plaatsjes op de eilanden zijn klein. Het zijn kleine gemeenschappen van huisjes verzameld aan de baai aan de fjorden tussen de eilanden. In die kleine plaatsjes tref je soms nog winkels aan die doen denken aan de kruidenier in een openluchtmuseum. Een bezoekje aan de winkel is meer dan het kopen wat je nodig hebt. Het is een sociaal gebeuren; iedereen kent iedereen. Wat wil je met een plaatsje met een paar honderd mensen?
Doordat alles hier dunbevolkt is, waan je je even terug in de tijd. Stoplichten kom je hier – behalve in de hoofdstad – niet tegen. Her leven gaat hier rustig z’n gangetje en in dat relaxte tempo ga je vanzelf mee, ver weg van het drukke vasteland. Een mooie plek om eindeloos te verkennen, een zeer bijzonder stukje Scandinavië.
Deze gastblog over Faeröer is geschreven door: Fred Geers
Verkeersbureau Faeröer: https://visitfaroeislands.com/
Reisgids Faeröer: https://www.odyssee-reisgidsen.nl/gids/faeroer